De aanpassing aan het dagelijks leven na het horen van de diagnose en het besef wat deze diagnose betekent, kost tijd en vooral veel energie. Dit geld niet alleen voor de patient, maar ook voor de omgeving. Vaak zijn mensen echter verbazingwekkend goed in staat om ingrijpende gebeurtenissen op eigen kracht of met hulp en steun van anderen uit hun omgeving te boven te komen. Soms echter lukt het mensen niet goed om een dergelijke traumatische ervaring te verwerken. Ze beleven de traumatische gebeurtenis als het ware steeds opnieuw en lijden aan een scala van emotionele problemen: intens verdriet, angst, boosheid, gevoelens van onveiligheid, onmacht en hopeloosheid. Ze vermijden situaties die hen aan de gebeurtenis doen denken, hebben nachtmerries en voelen zich ‘verdoofd’ of vervreemd van anderen. Professionele hulp kan dan onontbeerlijk zijn.
Normale menselijke reacties op het slechte nieuws een hersentumor te hebben zijn in te delen in vijf fasen:
Deze vijf fasen zijn geen fasen waarbij men persé van fase 1 naar fase 2 naar fase 3, enzovoorts gaat. Er zit wel een logische volgorde in deze fasen. Patiënten kunnen fasen overslaan, kunnen terug gaan naar een eerdere fase, kunnen langere tijd in een fase blijven vastzitten en hoeven niet persé de laatste fase van een ‘goede dood’ (aanvaarding) te hebben bereikt. Ook kunnen patiënten best reacties vertonen die in twee verschillende fasen kunnen worden ingedeeld.
Deze vijf fasen zijn algemene en normale menselijke reacties op verlies- en crisissituaties. Ook op veel andere momenten in het leven zien wij mensen deze fasen doorlopen. In het gehele proces van begeleiden van mensen bij sterven en rouw is het bieden en bewaren van hoop essentieel. Hoop heeft vele betekenissen: hoop op genezing, hoop op gedeeltelijke validiteit, hoop op nog een zekere tijd te leven, hoop op pijnloze momenten, hoop op elke dag die men nog krijgt, hoop op een waardig menselijk einde.
Stervensbegeleiding impliceert dus iets doen, er zijn, praten. Inspelen op wat er nodig is, wat men nodig heeft, het versterken van de kwaliteit van het laatste deel van het leven, zowel voor patiënt als voor familie.
Na overlijden ontstaat rouw. De fasen van het rouwproces zijn eigenlijk identiek aan de fasen van het stervensproces, althans soms is de gelijkenis opvallend. Rouwreacties zijn normale, menselijke emotionele reacties. Normale rouwreacties zijn reacties op de dood van een dierbare; en deze normale, menselijke reacties komen overeen met de logische verwachtingen die men heeft over dat soort rouwreacties. Toch zijn er vormen van abnormale rouwreacties, of wel gecompliceerde rouw.
Geleden verlies moet worden verwerkt. Een rouwende moet rouwarbeid verrichten. Dat wil zeggen: een rouwende moet bezig zijn met het verlies, zal zichzelf moeten confronteren met de realiteit van het overlijden en de gevoelens hierover moeten worden geuit. Door het verwerken en het doorwerken van het verlies kan de nabestaande loskomen van de overledene, kan men nieuwe banden aangaan.
Verwerking betekent niet dat er geen (negatieve) emoties meer zijn in verband met het overlijden en de overledene. Na vele jaren voelt men nog het verdriet, de pijn en andere emoties die horen bij een geslaagd rouwproces. Vergeten doet men ook nooit. Op sommige momenten (de sterfdag, de verjaardag) zal die herinnering sterker zijn.
Rouwenden hebben een viertal taken te verrichten die na het verlies noodzakelijk zijn. De taken zijn:
Rouwbegeleiding sluit aan bij de vier rouwtaken en geeft steun aan nabestaanden. Dit kan individueel, maar ook in groepen (lotgenotengroepen en groepen met een professionele begeleider). Aangezien het onderscheid tussen normale en verstoorde rouw soms niet eenvoudig is, is het onderscheid tussen rouwbegeleiding en rouwtherapie gradueel.
Gemeenschappelijk aan de therapeutische benadering is dat de vermijdingsreacties worden aangepakt. Daarbij mag men denken aan:
Patiënten worden bij een therapie gestimuleerd om zich te confronteren met het geleden verlies, met het denken erover, het voelen ervan. Manieren om de vermijding dan aan te pakken zijn onder meer: schrijfopdrachten en therapeutische rituelen.